-
De Japanse dwergceder 'Twinkle Toes' (Cryptomeria japonica 'Twinkle Toes') is een kleine conifeer, die ongeveer 2 centimeter in een jaar groeit. Opvallend is zijn geelgroene kleur, die mooi afsteekt tegen donkere groentinten. Deze dwergceder past het best in rotstuinen. Hij is goed winterhard, maar houdt minder van sterke wind. Daarom plaats je hem het liefst in een beschutte omgeving. Heb je een voorliefde voor geelgroene tinten in de tuin? Bekijk dan ook eens onze Japanse cipres (Cryptomeria japonica ‘Vilmorin Gold’).
-
Niet op voorraadDeze Himalayaceder (Cedrus Deodora 'Karl Fuchs') kan 15 tot 20 meter hoog worden. De naalden staan in bundels op takken. De kleur van de naalden is blauwgrijs en zijn ongeveer 2,5 centimeter groot. De twijgen zelf zijn ook grijs. De boom geeft kegels in bundels.
-
Deze inheemse Grijze els (Alnus incana) is een boom die 20 meter hoog kan worden. Het donkergroene blad is diep ingesneden en loopt in een grijzige kleur uit in het voorjaar. De boom wortelt minder diep dan de andere elzen en is dus minder windbestendig. De boom kan niet toegepast worden in verharding en groeit langzaam.De els heeft vooral sierwaarde door zijn diep ingesneden blad. Hij heeft afhangende twijgen en houdt ook lang zijn blad vast. De boom kan katjes krijgen als het een mannelijke vorm is, en anders heeft deze Els een onopvallende bloeiwijze.
-
Deze inheemse els is een boom die 20 meter hoog kan worden. Het donkergroene blad is diep ingesneden en loopt in een grijzige kleur uit in het voorjaar. De boom wortelt minder diep dan de andere elzen en is dus minder windbestendig. De boom kan niet toegepast worden in verharding. De zwarte els heeft vooral sierwaarde door zijn diep ingesneden blad. De boom groeit langzaam. De boom heeft afhangende twijgen en houdt ook lang zijn blad vast. De boom kan katjes krijgen als het een mannelijke vorm is anders heeft die onopvallende bloeiwijze.
-
Deze boom wordt wordt ongeveer 20 tot 25 meter hoog. Hij heeft geveerd lang blad, wat een frisgroene kleur heeft. Deze cultivar heeft geen doornen. Door zijn grillige groei is het een bijzondere boom. In het najaar kleuren de bladeren fel geel en geven zo een mooi herfstbeeld. De boom kan goed tegen droogte en is daardoor dus goed toepasbaar in verharding.
-
Deze es wordt 20 tot 25 meter hoog en kan tot 15 meter breed worden. Hij heeft donkergroene geveerde bladeren, die in het najaar geel verkleuren. Het is een snelgroeiende boom en goed toepasbaar in groenstroken en niet te droge grond. Door zijn goede doorworteling is de boom goed bestand tegen de wind.
-
Deze snelgroeiende boom wordt ongeveer 15 tot 20 meter hoog. In het begin heeft die een smalle piramidale kroon. Als de boom ouder wordt groeit die minder snel en zakken de takken uit. Hij heeft een grauw, grijze stam. De boom is niet gevoelig voor wind en verdraagt ook goed droogte. Kan overal toegepast worden.
-
Deze snelgroeiende populier heeft in het begin een grijze tot groengele bast die later langzaam in stukjes loslaat. In het begin heeft de boom een kegelvorm wat later ronder wordt. Hij is gevoelig voor roest maar weer goed ziektebestendig tegen bladziektes. Het blad is lang rond met een grijswitte onderzijde. Kan niet op een plek met veel wind worden toegepast.
-
Deze valse Christusdoorn heeft in tegenstelling tot de anderen geen doornen en kan daarom op meer plekken toegepast worden. Het blad bestaat uit frisgroene kleine blaadjes die samen één blad vormen. In de herfst kleuren deze geel. Na de bloei krijgt de boom lange peulen die er lang in blijven hangen.