-
Deze blauwe conifeer is een laagblijvende, breedgroeiende plant. Hij kan hierdoor goed toegepast worden als bodembedekker. Hij wordt ongeveer 50 centimeter hoog en kan 150 centimeter breed worden. Hij groeit het liefste in de zon op een goed waterdoorlatende grond. Zijn loof heet geelachtige kleur wat later verkleurt naar blauw.
-
De kruipende jeneverbes is een laagblijvende, breedgroeiende conifeer die niet hoger wordt dan 50 cm. Hij is zeer geschikt om toegepast te worden als bodembedekker of als solitair in een rotsachtige tuin of border. Hij heeft blauwgroene naalden en geeft na de bloeiperiode niet eetbare, blauwzwarte bessen.
-
Deze katsuraboom is een zuilvormig, kleine tot middelgrote boom. Het blad loopt rood uit maar krijgt later een doffe, purperen kleur. De bladeren zijn dik en leerachtig. De boom verkleurt in de herfst naar geel en oranje. Bij het vallen van zijn blad verspreidt de boom een aangename kaneelachtige geur. Kan niet goed tegen droogte maar groeit wel in de volle zon.
-
Deze esdoorn is een klein boompje die ongeveer 7 meter groot wordt. Hij wordt geënt op een stam en wordt ongeveer 5 meter breed. De belangrijkste sierwaarde is zijn bladkleur. In het voorjaar loopt de boom met bijna roze bladeren uit die later verkleuren naar geeloranje. De onderzijde van het blad is lichtgroen. Doordat het een kleine boom is en blijft kan die ook in tuinen toegepast worden. Hij kan op elke grondsoort toegepast worden.
-
De driebloemige esdoorn is een kleine tot middelgrote boom. Hij heeft bruingrijze, licht afschilferende bast. Hij heeft groene bladeren die licht behaard zijn. In het najaar verkleuren de bladeren tot oranje en rood. Dit is dan ook zijn belangrijkste sierwaarde. Kan overal toegepast worden maar geeft de voorkeur aan een lichtzure grond.
-
Als je van een wisselende bladkleur houdt en op zoek bent naar een meerstammige boom die bloeit, dan is de sierkers (Prunus nipponica ‘Ruby’) een uitstekende keus. Met zijn in het voorjaar bronskleurig uitlopende bladeren, die later groen worden en in de herfst rood kleuren is deze boom een absolute blikvanger. Daarbij bloeit hij in het voorjaar rijkelijk met lichtroze bloesem, die ook nog eens een heerlijke geur verspreidt. Deze kleurrijke boom kan werkelijk overal worden toegepast en is daarmee ook geschikt voor kleinere tuinen.
-
De grootbloemige trompetboom heeft een meer opgaande groeiwijze dan de normale trompetboom. Ook heeft hij minder bloemen maar de bloemen die hij heeft zijn wel groter dan die van de normale trompetboom. Hij heeft dofgroene, hartvormige grote bladeren. De boom komt laat in blad en laat zijn blad ook als een van de eerste bomen vallen. Als vruchten vormt hij smalle doosvruchten.
-
Deze sierappel is een kleine boom die niet groter wordt dan 4 tot 5 meter. Hij heeft donkergroen tot donkerrood blad wat in de herfst naar geel, oranje en rood verkleurd. Hij bloeit met lichtroze bloemen die later veranderen in de sierappeltjes. Deze hebben een donkere kleur en worden steeds lichter van kleur naarmate het seizoen vordert.
-
Niet op voorraadDe Spaanse eik is een halfwintergroene tot wintergroene boom. Hij heeft getand blad met aan het uiteinde van elke tand een klein naaldje. De bovenzijde van het blad is donkergroen en de onderzijde grijsgroen behaard. Hij heeft een diepgegroefde grijze bast.
-
De moerascipres is een bladverliezende conifeer. In het voorjaar loopt die uit met frisgroene naalden die later verkleuren naar dofgroen. In de herfst verkleuren de naalden naar bruinrood. Hij heeft een een bruinrode stam die afschilfert. Hij kan op zeer natte gronden toegepast worden want hij maakt dan luchtwortels aan.
-
Deze vleugelstorax is een klein boompje die 6-8 meter hoog wordt. Hij heeft groen blad wat aan de onderzijde iets doffer is. In juni komen er witte pluimen in. Die bestaan uit ongeveer 20 kleine, sterk geurende klokjes van ongeveer 1 centimeter groot. Deze pluimen worden later in het jaar steenvruchten. Na een aantal jaren bloeit de boom pas rijk.
-
Deze kleine boom wordt ongeveer 8-10 meter hoog. Hij heeft een lage vertakking. Wordt meestal toegepast vanwege zijn bijzondere gele herfstkleur. Hij bloeit met witte, hangende pluimen die iets geuren. Later vormt de boom groene peulen die eerst naar bruin verkleuren en daarna naar donkerpaars. Als de jonge twijgen beschadigt worden is er geel hout te zien vandaar de naam ‘Geelhout’.