Beschrijving
Dakmoeraseik (Quercus palustris) in het kort:
- Glanzend, groen, gelobd blad
- Parasolvorm
- Met gepoedercoat, vierkant frame van 1,30 m bij 1,30 m
- Geschikt als solitair
- Ideale schaduwmaker
- Bladverliezend
- Prachtige herfstverkleuring
- Plaats op voedselrijke bodem
- Snoei twee keer per jaar
De boom
De Dakmoeraseik (Quercus Palustris) is een prachtige parasolboom, die bekend staat om zijn opvallende roodachtige herfstverkleuring. Deze sterke boom heeft een flinke groeikracht, waardoor je in een korte tijd een heerlijke schaduwplek met deze dakboom creëert. Met regelmatige snoei kan de Dakmoeraseik ook prima in kleinere tuinen staan. Met de Dakmoeraseik haal je iets unieks naar je tuin, want we zien hem nog weinig in Nederlandse tuinen staan.
De Dakmoeraseik heeft middelgroot, groen, gelobd blad. De boom heeft een onopvallende, katjesvormige bloeiwijze, waarna hij eikels als vruchten geeft. Maar het meeste spectaculaire kenmerk van de Moeraseik is toch wel de prachtige bladverkleuring in de herfst van groen naar dieprood. Dit geeft jouw tuin direct de geliefde ‘Indian Summer’ sfeer.
Aan het eind herfst verliest de Dakmoeraseik zijn blad, waarna hij zijn prachtige wintersilhouet toont. In het voorjaar loopt hij uit met opvallend heldergroene bladeren. Daarmee geeft deze boom jouw tuin ieder seizoen een ander gezicht.
Een dakboom is een boom waarvan de takken in parasolvorm geleid en gesnoeid zijn. De takken van deze Dakmoeraseik zijn gebonden in een vierkant, gepoedercoat, metalen frame. Dit geeft hem een een strakke uitstraling en zo ben je verzekerd van een prachtige dichte, groene parasol. Bekijk ook de andere Moeraseik-bomen in ons assortiment.
Onderhoud
De Moeraseik in dakvorm is een krachtige groeier en vormt snel een dicht bladerdak. Snoei deze boom daarom twee keer per jaar om hem in de gewenste, strakke dakvorm te houden. De beste maanden hiervoor zijn juni en tussen november en februari.
Standplaats
De Dakmoeraseik is een sterke boom, die goed hitte en droogte verdraagt. Hij doet het goed op alle grondsoorten, maar staat het liefst op een voedselrijke (humusrijke) bodem. Deze dakboom voelt zich thuis op een plek in de zon of in de halfschaduw.